In Genève staan twee beulen bij de stand van Cadillac, de ATS-V en CTS-V. Geweldenaren afkomstig van de andere kant van de oceaan. Meer dan ooit zijn het serieuze concurrenten van de Duitse gevestigde orde.
Cadillac ATS-V
Dit voorjaar is de ATS-V bij de dealer te vinden. Cadillac heeft gekozen voor een compacte 3,6 liter V6 biturbo in het vooronder. Geen zware V8 dus die alleen maar zorgt voor onderstuur. Met een vermogen van 455 pk en 603 Nm is dit de meest krachtige zescilinder in dit segment. Kopers hebben geen restricties als het gaat om prestaties. In 4,1 seconden wordt de 100 km/u bereikt en een topsnelheid van 295 km/u is haalbaar. Kopers kunnen kiezen tussen een handgeschakelde zesbak zonder launch control of een automatische versnellingsbak met acht verzetten en flippers achter het stuur.
Dit is de lichtste en kleinste V-Serie ooit. Volgens Cadillac is het dus ook de beste V-Serie ooit. Geen andere auto biedt zoveel interactie als dit model. De ATS-V heeft de derde generatie van Magnetic Ride Control en Performance Traction Management. Verder zijn er vijf standen instelbaar om de auto een verschillend karakter te geven en de traction control volledig aan te laten of volledig uit te zetten.
Cadillac CTS-V
Cadillac gaat verder dan ooit met dit beest, de Duitsers mogen zich best zorgen maken. In de derde generatie ligt in het vooronder 649 pk en 855 Nm aan koppel. Al dat geweld wordt via de achterwielen losgelaten. Met zoveel vermogen komt de CTS-V eigenlijk in de categorie van supercars. Een McLaren 650S heeft immers net zoveel vermogen. Het brute uiterlijk van de Cadillac vertelt omstanders direct dat dit serieus speelgoed is. In Europa hoeven kopers zich geen zorgen te maken om een begrenzer. Dit beest haalt zonder morren 320 km/u. De eerste stap is echter de 100 km/u. Daar heeft de CTS-V slechts 3,9 seconden nodig als het rubber genoeg grip weet te vinden.
